Jasper Bovenhuis is een fietser met ijsbenen

Aan de eindstreep van de Axelse juniorenkoers stond gisteren een zeventienjarige jongen uit Staphorst. Zijn naam: Jasper Bovenhuis, eindwinnaar van de Juniorendriedaagse 2008 in Axel, hardrijder op schaatsen in de wintermaanden, veelbelovend wielrenner in de zomer.

Aan de finish van de Juniorendriedaagse van Axel stond vijf jaar geleden een schuchtere jongeman op een tweesprong. ,,Ik weet nog niet of ik schaatser wil worden of wielrenner", zei hij.Drie jaar later won hij zilver op de Olympische Spelen in Turijn en weer een jaar later werd hij wereldkampioen op het ijs. Zijn naam: Sven Kramer.

Aan de eindstreep van de Axelse juniorenkoers stond gisteren een zeventienjarige jongen uit Staphorst met dezelfde twijfel in zijn stem. ,,Ik wil het allebei zo graag, maar ik moet gelukkig nog niet kiezen", sprak hij. Zijn naam: Jasper Bovenhuis, eindwinnaar van de Juniorendriedaagse in Axel, hardrijder op schaatsen in de wintermaanden, veelbelovend wielrenner in de zomer.

Zaterdagavond greep hij de gele leiderstrui in de koers met veel wereldtoppers, een dag later verdedigde hij de koppositie met flair. Zijn vader, Koob Bovenhuis, die in de marathons knecht was van Eric Hulzebosch, zal trots op zijn. Net als Yep Kramer in de jaren dat Sven nog niet zo'n beroemdheid was als nu.

De nationale wielercoach Egon van Kessel filosofeerde gisteren tijdens de slotetappe: "Die Bovenhuis verrast me eerlijk gezegd met wat hij hier laat zien. Maar aan de andere kant: hij is een schaatser, dat zijn jongens met sterke poten en een brok karakter."

De Staphorster, die vandaag aan zijn eindexamen op de havo begint, excelleerde in de twee dagen dat de juniorenkoers op de Axelse kasseien en in de heuvels rond Zottegem naar een prachtige finale werd gevoerd. Met een korte tijdrit, waarin hij in de druilerige regen tweede werd achter de Amerikaan Nathan Brown, een etappe op zaterdagavond, waarin hij in een coup met zijn ploeg een greep naar de macht deed en in de ultieme Vlaamse rit, waarin het vooral op klimmen en karakter aankwam.

Hij werd nog één keer bedreigd, toen de Italiaan Mattia Cattaneo alleen op avontuur ging en de jacht op het geel opende.

,,We zijn gelijk in de counter gegaan, maar werden een paar keer door de andere Italianen in de kant gereden", vertelde Bovenhuis later. De vluchter werd uiteindelijk toch teruggepakt, waarna Barry Markus, vrijdag ook al winnaar in Axel, zijn tweede demonstratie als spurtkanon mocht geven.

De ontknoping, op het selectieve parkoers van de Valkenberg, de Leberg en de Langendries bracht net als vorige jaren niet wat ervan werd verwacht. Het verloop van de koers was in die slotetappe lang niet zo boeiend als in de twee dagen rond Axel, die veel aanvallen, tactische combines, valpartijen en sprintgeweld te zien gaven.

Voor de laatste etappe stonden nog dertien renners binnen een marge van een minuut, maar vreemd genoeg leidde dat niet tot een spervuur van aanvallen op de positie van de leider. De kenners hadden ook voorspeld: wie op de laatste klim, op een kleine vijf kilometer van de aankomst, niet bij de eerste tien renners zit, kan nooit meer winnen. Barry Markus, de sprintwinnaar, spotte met die logica. ,,Ik zat op honderd meter van de finish nog rond de twintigste positie."

Het Nederlands succes, tegen zo veel buitenlands geweld, was opvallend. Daar zorgden met name Jasper Bovenhuis en Barry Markus voor. Twee etappes werden uit handen gegeven: de tijdrit aan Nathan Brown uit Tennessee, die in de volgende rit ten val kwam en op de slotdag niet meer van start ging. En de zaterdagavondetappe was voor de Kazach Arman Kamyshev in een zinderende sprint tegen Tijmen Eising en Moreno Hofland.

Uit: PZC 19 mei 2008, door Frits Bakker

Sponsors